ds. A.J.T. Ruis
Ochtenddienst
Psalm 79: 6
Psalm 81: 12
Psalm 42: 5 en 7
Psalm 138: 4
Psalm 68: 10
Schriftlezing: Handelingen 16: 16-25 en Filippenzen 1: 27-30
Tekst: Handelingen 16: 25
Thema: De Filippenzenbrief (2): Een lofzang in de nacht:
[1] de zangers;
[2] de lofzang;
[3] de hoorders
1) Waar zijn Paulus en Silas, als ze lofzangen gaan zingen? En waarom kwamen ze daar?
2) Wat was er daarvoor met Paulus en Silas gebeurd? Wie had al die dingen eerder ook meegemaakt?
3) Wat deden Paulus en Silas ook, behalve zingen? Hoe komt dat later terug in de brief die Paulus aan de christenen in Filippi schrijft?
4) Waar zouden Paulus en Silas allemaal om gebeden hebben, denkt u?
5) Wat hebben Paulus en Silas gezongen? Zou je een Psalm kunnen noemen, die heel goed bij hun omstandigheden past?
6) Wat is de uitwerking van het zingen van psalmen, als de Heere het zegent?
7) Wie hebben het zingen van Paulus en Silas allemaal gehoord?
Middagdienst
Psalm 9: 1 en 10
Gebed des Heeren: 2
Psalm 138: 1 en 2
Psalm 86: 6
Psalm 72: 10 en 11
Schriftlezing: Genesis 50: 15-21 en Psalm 107: 23-32
Zondag: HC zondag 47
Thema: Het gebed (3): Uw Naam worde geheiligd:
[1] een gebed voor ons hart;
[2] een gebed voor ons leven
1) Wat heeft het begin van de uitleg in de Catechismus van 'Uw Naam worde geheiligd' te maken met een bedelaar?
2) Op welke 3 manieren kunnen wij God kennen?
3) Over wie gaat het in Psalm 107: 23-32? Hoe zien zij Gods werken?
4) Hoe heeft Jozef in de leiding van zijn leven de werken van God erkend?
5) Aan het slot van de catechismus gaat het over 'schikken en richten'. Welk voorbeeld hoort daar bij? Hoe kunnen we ons leven zo schikken en richten dat de Naam van de Heere er niet door onteerd, maar geprezen wordt?